De gas installatie in de camper: Hoe werkt dit en hoe maak je er veilig gebruik van? Praktische tips!

Een camper is meestal voorzien van een gasinstallatie waar een gasfles op kan worden aangesloten. De verbruikers van gas zijn meestal de kachel of combiketel, het gastoestel en in de meeste gevallen kan de koelkast ook op gas worden gebruikt. Hoe je de gasfles hierop aansluit, hoe de gastoestellen werken en waar je allemaal nog meer op moet letten legt campermakelaar Patrick in deze video uitgebreid aan je uit.

Wat werkt er op gas in de camper?

In de camper zijn verschillende apparaten aanwezig die functioneren op gas. Hierbij moet je denken aan:

• Het gasstel / kooktoestel
• De kachel / combiketel / boiler
• De koelkast als het een absorptiekoelkast betreft
• Een oven, indien aanwezig

Om deze apparaten van gas te voorzien is er een gasinstallatie in de camper aanwezig. Deze gasinstallatie bestaat over het algemeen voor het grootste deel uit stalen leidingen. Deze zijn onderhoudsarm, tot aan de gasruimte of gaskast. Hier stopt meestal de stalen leiding en wordt er vervolgens een gasslang aan de gasleiding gemonteerd met daaraan een drukregelaar. Deze moeten wel om de zoveel jaar vervangen worden. 

In de gaskast kunnen de gasflessen worden geplaatst en gasflessen zijn er ook weer in verschillende soorten en maten. Je hebt de 'gewone' propaan/butaan gasflessen, die je uit de camper kunt halen en kunt laten vullen. Je hebt losse LPG gasflessen die vaak semi vast in de gasruimte zijn geplaatst en zijn voorzien van een buiten vulopening zodat je zelf LPG kunt tanken bij het LPG station. Tot slot heb je ook de vaste LPG tank die onder de camper wordt geplaatst en welke ook is voorzien van een LPG vulopening zodat je zelf kunt tanken. Voor alle gasflessen geldt dat deze periodiek gekeurd moeten worden en wat precies die keuringsinterval is hangt af van het type gasfles. 

De gasslang en de gasdrukregelaar van de camper

De gasfles is op de gasinstallatie aangesloten door middel van een gasslang en een gasdrukregelaar. De gasdrukregelaar wordt ook wel het gas reduceerventiel genoemd en deze heeft als functie de hoge gasdruk vanuit de gasfles te reduceren tot de gewenste gasdruk in de gasinstallatie van de camper. In de meeste gevallen is de werkdruk van de gasinstallatie in de camper 30mbar en soms is het 50mbar. Dit staat voor 30 of 50 millibar en dit betekent dat er respectievelijk 0,03 of 0,05 bar door de drukregelaar heen stroomt. Een goed werkende gasdrukregelaar is dus belangrijk voor een veilig gebruik van de gasinstallatie. 

Gasdrukregelaars zijn er in verschillende soorten en uitvoeringen. Je hebt de eenvoudige losse gasdrukregelaar die je rechtstreeks op de gasfles schroeft, maar je hebt ook gasdrukregelaars die je op een zijwand of aan het plafond van de gasruimte schroeft en vervolgens met een HD gasslang aan de gasfles bevestigd. Beide varianten kun je maar op één gasfles tegelijk aansluiten en dit betekent dat je dus altijd handmatig de aangesloten gasfles moet verwisselen als de gasfles leeg is. 

Twee gasflessen aansluiten met de DuoControl in de camper

Er is ook een gasdrukregelaar waarop je twee gasflessen tegelijk kunt aansluiten en die automatisch omschakelt van de lege naar de volle fles. Dit is de zogenaamde 'DuoControl'. Hierbij is één van de twee gasflessen de gebruiksfles en de andere de reservefles. Op het moment dat de gebruiksfles leeg is, schakelt de DuoControl automatisch over naar de reservefles. Je kunt dit aan een indicator zien en dit is een signaal om de gebruiksfles te gaan vullen. Op het moment dat je de gebruiksfles ontkoppelt draai je de draaiknop om naar de reservefles en hiermee verander je de status van de reservefles naar de gebruiksfles. De gasfles die je laat vullen en vervolgens terugplaatst is dan automatisch de reservefles geworden. Dit systeem zorgt voor extra comfort bij het gebruik van de gasinstallatie. Je komt immers niet meer voor verrassingen te staan. In sommige gevallen mag je het gassysteem dan ook gebruiken tijdens het rijden, maar daarvoor moet er wel een DuoControl CS geplaatst zijn. Hierbij staan de letters CS voor Crash Sensor. 

Gas gebruiken tijdens het rijden dankzij de crashsensor

Tijdens het rijden met de camper moeten de gasflessen in principe altijd dichtgedraaid zijn. Dit om te voorkomen dat er in geval van een ongeluk gevaarlijke situaties kunnen ontstaan. Het is echter mogelijk om de gasinstallatie uit te breiden met een zogenaamde 'crashsensor'. Deze zorgt ervoor dat op het moment dat er een aanrijding plaatsvindt de gastoevoer van de camper wordt afgesloten. Bij de installatie van de crashsensor worden ook gasslangen met slangbreukbeveiliging geplaatst. Dit zijn gasslangen waarbij er ook een beveiliging aanwezig is die zichzelf afsluit op het moment dat er een gasslang scheurt of lek raakt en waardoor er ineens veel gas kan ontsnappen. Als de crashsensor is geïnstalleerd dan mag tijdens het rijden de gasinstallatie in de camper wel worden gebruikt en kan bijvoorbeeld de Truma Combiketel onderweg worden gebruikt om de camper lekker warm te houden onder koude omstandigheden.   

De gasfles aansluiten op de gasinstallatie

Om de gasfles aan te sluiten op de gasinstallatie moeten we er rekening mee houden dat de gasaansluitingen gebruik maken van een zogenaamde linkse draad. Dit betekent dat het schroefdraad in tegenovergestelde richting moet worden gedraaid ten opzichte van wat normaal is. Normaal is linksom draaien los, maar bij een gasaansluiting is linksom draaien het vastdraaien van de gasdrukregelaar of de gasslang op de schroefdraad van de gasfles. Andersom moet de gasfles dus worden ontkoppeld door de gasdrukregelaar of de gasslang rechtsom te draaien. 

Na het aansluiten kan de gasfles worden opengedraaid en is er gasdruk op de gasinstallatie aanwezig. Let op: In het geval dat er een gasslang met een slangbreukventiel aanwezig is moeten de knop van dit ventiel worden ingedrukt. Hierdoor kan het gas doorstromen het gassysteem in stroomt het gas tot aan de hoofdgaskranen ofwel de verdeelkranen die binnen in de camper aanwezig zijn.

De gas verdeelkranen open zetten om apparatuur te gebruiken

Als de gasfles is aangesloten en opengedraaid en dan stroomt het gas tot aan de gas verdeelkranen. In principe heeft iedere verbruiker zijn eigen gaskraan, die kan worden open gezet indien je het apparaat wilt gebruiken. Gebruik je een apparaat niet dan kun je de gas verdeelkraan van dit apparaat dicht zetten. De gaskraan staat open als de pijl die op de knop staat wijst naar in de richting van de aftakkende leiding. In de video loopt de aanvoerleiding horizontaal en de aftakkende leidingen van de gasverbruikers verticaal. Je kunt de gaskraan dan open zetten door de knop van de gaskraan in verticale positie te zetten.

Als je de gaskraan hebt opengezet dan kun je de verschillende gasverbruikers gaan gebruiken. Over de werking van het gastoestel, de koelkast op gas en de combiketel hebben we aparte video's gemaakt dus daar zullen we in deze tekst verder niet op ingaan. 

Laat de gasinstallatie van je camper regelmatig keuren!

Gas blijft een potentieel gevaarlijk goedje en daarom kan een gebrekkige gasinstallatie zorgen voor levensgevaarlijke situaties. Wij raden dan ook aan om de gasinstallatie van de camper minimaal één keer per twee jaar te laten keuren. Dit kan bijvoorbeeld door een BOVAG opbouwkeuring te laten uitvoeren waarbij ook de gasinstallatie wordt gecontroleerd. Het gassysteem wordt dan eerst op 5x de normale werkdruk gezet om te kijken of er geen lekkage in het systeem aanwezig is. Als alles veilig is worden de verschillende gasverbruikers ook gecontroleerd op veiligheid en werking. Zo weet je zeker dat je altijd met een veilige camper op stap gaat en kun je zorgeloos van de mooiste reizen genieten!